Alex Loiacono
- door John Pletzers
- •
- 14 jan, 2019
- •
dirigent / trombonist

Begin vorig jaar stal Alex de show met zijn bijdrage aan de Brass&Beats-tour van Slagerij van Kampen. Mijn vader (82 jaar) is een groot fan van hun muziek en samen gingen we naar hun concert. Later hoorde ik van mijn jongste dochter dat Alex haar buurman is. Als ik bij haar op bezoek was, kwam ik hem wel eens tegen. Een bijzonder vriendelijke man,
Toen ik hem benaderde om mee te doen zei hij onmiddellijk ja. Niet dat hij verlegen zit om werk. Hij is druk met arrangeren, dirigeren, spelen, organiseren. Het was dan ook niet moeilijk om een aantal fotomomenten te vinden. In december gaf hij met de Aubel Bigband een concert met Jack Vinders. Ik mocht een repetitie bijwonen. Rond de Kerst gaf hij met de Big Band ’81 Venlo een Kerstdinershow. Drie avonden uitverkocht. Deze maand volgt op 20 januari een concert met Lothar Havenith in Hueckelhoven (Duitsland). Ik heb de repetitie inmiddels bijgewoond. Het wordt een prachtige show met voornamelijk repertoire van Frank Sinatra. Bijzonder is dat er maar liefst 11 strijkers meedoen. Dat
Alex is een podiumbeest. Het plezier in muziek maken spat van hem af. Hij weet met zijn schaarse opmerkingen als bandleider (hij zegt zelf dat hij geen dirigent is) alle muzikanten te motiveren om het beste van zichzelf te laten zien. Zelf geeft hij het voorbeeld. Op het podium is hij een charmeur, danst, zingt, kortom een echte entertainer. Hij geniet
Ik hoop dat ik hem kan strikken voor een video en nog meer fotomomenten.
die Alex.
maakt het echt speciaal.
zichtbaar van wat hij doet. Het publiek komt altijd op nummer een. Ook al is hij bandleider, hij bouwt met zijn vaste maatjes op en ruimt op; hij is er als eerste en gaat als laatste weg. Hij regelt, organiseert, perfectioneert, stemt af, stelt gerust.

Toen ik mijn eerste fotomoment had met Kitty Dijcks van Kitty’s Makeup Studio stelde zij me voor aan Nicole Eggen-Willemsen. Nicole is keramist en was op zoek naar een fotograaf. Ze heeft binnen afzienbare tijd een expositie van haar werk in boekhandel Dominicanenkerk. Ze wou graag in een fotoserie laten zien hoe het proces van klei tot vaas of schaal verloopt. Koren op mijn molen, dus spreek ik af om met haar kennis te maken.
besluit ik om de opdracht te aanvaarden en haar dan te vragen een ware held te worden. Daardoor heb ik meer tijd beschikbaar om er een mooie beeldverhaal van te maken en kan ik tegelijkertijd mijn portfolio uitbreiden. Ze zegt meteen ja.
Ik heb een drietal fotomomenten met haar gehad. Het is fascinerend om te zien hoe Nicole uit een bol klei een vaas van ongeveer 50 cm creëert. Al haar objecten zijn echte kunstwerken. Ze maakt daarnaast o.a. bloemenschaaltjes, bijna doorzichtige kaarsenvaasjes, wanddecoratie. Haar “theetassen” (een woordspeling op het Limburgs “een tas thee”) zijn heel speciaal; een theepot in de vorm van een handtas.
Tijdens het eerste fotomoment maakt ze van een bol klei een halve vaas. Ze legt me uit dat deze het twee dagen moet drogen om stevigheid te creëren. Daarna kan ze er verder aan werken. Geleidelijk zie je de vaas ontstaan. Als vaas van klei klaar is, moet hij op kamertemperatuur twee weken drogen. In fase drie brengt ze met een kwast glazuur aan met sjablonen. Als dat gedroogd is, gaat de vaas de oven in. Dat is een proces van mongeveer zes uur, waarbij de temperatuur geleidelijk aan wordt opgebouwd tot 750 graden. Daarna koelt de vaas in de oven geleidelijk af. Elke kunstwerk is handwerk en uniek.
Ze straalt als ze aan het werk is. Ze geniet met volle teugen van het scheppen. Dat enthousiasme draagt ze over als ze workshops of trainingen geeft. Binnenkort mag ik bij een raku-workshop zijn. Ik heb geen flauw idee wat dat inhoudt. Maar dat maakt mijn werk zo leuk. Ik krijg telkens de gelegenheid in de keuken te kijken van ondernemers en mijn kennis dagelijks uit te breiden door ware helden te fotograferen. Wat wil je nog meer ?

Ik zoek vanaf het begin van ware helden regelmatig op Drimble naar ondernemers die iets bijzonders doen. Zo kwam ik de bedrijfsnaam De Soepkeet tegen. Die wekte onmiddellijk mijn interesse. Via desoepkeet.nl kwam ik achter de contactgegevens. Esther Cremers reageerde niet meteen toen ik haar vroeg om haar e-mailadres om haar mijn kennismakingsbrief toe te kunnen sturen. Later begreep ik dat ik haar in de drukste periode van het jaar gevraagd had. Bovendien was ze druk met het starten van Gedeelde Weelde waarover later meer. Niet handig van me natuurlijk. Maar geduld wordt beloond. En hoe.
Esther heeft samen met de andere ondernemers van de coöperatie de winkel ingericht en werkt mee in de winkel. Ze doet alle voorkomende werkzaamheden en springt in waar het nodig is; ze voorziet klanten van gebak en en koffie en thee, valt in als het even druk is bij de broodafdeling en zorgt dat de koffiecorner schoon en sfeervol is. En ondertussen maakt ze soep. Van biologische groenten van de groenteafdeling van de winkel die net niet mooi genoeg meer zijn om te verkopen. Daar trekt ze bouillon van. Na een paar uur wordt de bouillon verrijkt met kruiden en rijkelijk gevuld met groenten van het seizoen. Wat er over is vriest ze in. Op die manier gaat er niets verloren.
Ik sprak met Esther voor het kennismakingsgesprek af in de biologische coöperatie Gedeelde Weelde in het fantastisch gerenoveerde Sphinx-gebouw aan het Petrus Regoutplein in Maastricht. Tijdens de kennismaking vertelde ze me hoe het idee van soep maken en soep to go is ontstaan. En dat ze inmiddels haar soep maakt in de professionele keuken van de winkel, dat ze haar soep nog steeds aan ouders van de BSO van haar kinderen levert en die nog zelf distribueert, maar dat ze dat op termijn wil gaan uitbesteden. In Gedeelde Weelde heeft ze de luxe dat ze de soep vers kan uit serveren. De geur van de bouillon die staat te trekken is fenomenaal en nodigt uit om soep te bestellen.
Inmiddels heb ik het project met haar afgerond. Ook haar soep heb ik mogen proeven. Ik kook zelf graag, maar de soep met pompoen die ze serveerde was echt uit de kunst. Voor mij is ze alleen al daarom een ware held.

Half oktober 2018 ging een lang gekoesterde droom in vervulling. Ik mocht meevaren met en een fotoserie maken van schipper Eduard van Balen, zijn vrouw Jolanda en zoon Dion. We spraken af in een van de havens van Keulen: Morringen. Ik kreeg de coördinaten via WhatsApp toegestuurd. Google maps bracht me op de juiste plek. Daar lag de 104 meter lange Shamrock. Een modern schip met groen-certificaat.
Toen ik aankwam was het lossen van het schip net begonnen. Er kon niet veel vracht vervoerd worden, omdat de Rijn door de aanhoudende droogte in de zomer nog maar weinig diepgang voor schepen toestond. Een meter dertig als ik me goed herinner. Het ruim lag voor ongeveer een vijfde gevuld; 350 ton. Eduard legde me later uit dat door staffels voor de vergoeding van de vracht het vervoer toch nog rendabel was. De droogte die daarna nog zou doorzetten, zou voor een nog lagere waterstand zorgen. Jolanda Appte me een paar weken later dat ze regendansjes aan het maken waren. Ik danste thuis mee.
Ondertussen liet Jolanda mij het woongedeelte van het schip zien, met als kers op de taart hun fantastische keuken. Toen het lossen klaar was mochten ik en mijn auto een stuk meevaren in de richting van Hengelo: de plaats waar nieuw zout van Bayer voor Akzo geladen zou worden. Zo’n veertig kilometer stroomafwaarts en twee uur later hief Eduard mijn auto met een hefboom van het schip. We spraken af dat ik nog een keer zou terugkomen als er meer water in de Rijn zou zijn.
Een paar weken geleden mocht ik nog een keer te gast zijn bij het schippersgezin Van Balen. Toen ik aankwam was het lossen net begonnen. Het ruim was dit keer voor ongeveer vier vijfde gevuld; 1.400 ton. Nog steeds bleek er te weinig water in de Rijn om helemaal vol te kunnen varen. Eduard was eigenlijk de hele dag druk met het oplossen van een stroomstoring aan de tweede generator. Zijn zoon Dion hielp ook een handje. Hij kan nu meevaren, omdat hij vakantie heeft van het internaat. Dion heeft het zichtbaar naar zijn zin. Hij is vastbesloten. Hij wil later ook schipper worden.
Ondertussen poetst Jolanda het woongedeelte van het schip, strijkt de schone was en bereidt het avondeten voor. Ik vind het heel bijzonder, dat je als ondernemer woont in je onderneming. Er is nauwelijks onderscheid tussen werk en privé. Dit keer vaar ik niet mee. Het lossen heeft door een storing aan een van de kranen in de haven flinke vertraging opgelopen. Als het ruim leeg is verplaatsen Jolanda en de matroos de deksels van het ruim. De matroos spuit de resten zout weg. Eduard stuurt de Shamrock weer richting Hengelo. Ik spreek af dat we contact houden. Ook al is het fotoproject afgerond.

Ik leerde Alger van Maaren kennen bij een invitational workshop over innoveren die werd gegeven door Gerd van der Slik van Buro Oer. De onderneming van Alger heet Social Paint. Zowel zijn persoon als zijn specialisatie wekte meteen mijn belangstelling. Hij is online marketeer voor de schildersbranche. Toen ik hem vroeg of we een keertje kennis konden maken zei hij meteen ja. Hij snapte niet meteen wat mijn bedoeling was. Dat was een mooie aanleiding voor een kennismakingsgesprek. Tijdens de kennismaking legde ik hem uit dat ik de uitdaging aan wilde gaan om een interessant portret van 8 foto’s van hem te maken. Voor mij een hele uitdaging, omdat zijn werk hoofdzakelijk bestaat uit online en telefonisch contact met klanten en dus werken aan de computer. Al gauw bleken er meer fotomomenten mogelijk. Alger geeft ook workshops en presentaties aan groepen. Daarnaast bezoekt hij regelmatig beurzen voor de schildersbranche. Ik mag binnenkort een keertje mee.
Als ik bij hem aan kom voor het eerste fotomoment houdt hij zich heel strikt aan mijn werkwijze die ik hem tijdens de kennismaking heb uitgelegd: alleen puur en echt. Hij gaat dan ook aan de slag met wat hij die dag moet doen. Monitoren, reviewen, oplossingen bedenken, concepten uitwerken, e.d.
In een van de kamers van zijn woonhuis werkt hij aan een eet-/werktafel. Het licht is fantastisch; een heerlijk zonnetje dat zich laat zien door de stoffen luxaflexen voor zijn ramen in de erker. Naast zijn MacBook ligt een Samsung telefoon en een papieren agenda. Meer heeft hij in principe niet nodig om zijn werk te kunnen doen. In eerste instantie voelt het voor ons allebei een beetje onwennig, maar al gauw zie ik kansen voor mooie plaatjes. Ongeveer twintig minuten nadat ik al een aantal opnames heb gemaakt, belt een klant en is Alger mij helemaal vergeten. Gefocust analyseert hij het probleem dat de klant meldt en biedt een oplossing aan. Ik hoor een deel van het gesprek en stel vast dat de klant tevreden is. Dat houdt de belofte van een ware held in.

Toen ik voor mijn kennisgesprek bij Joëlle Savelkoul aanbelde, was ze nog met een zangles
bezig. Ik kon de leerling die nog les had op straat door het openstaande raam horen. Ik viel
Haar onderneming heet DjoolMusic en in haar studio staan een zanginstallatie en
instrumenten; elektrische en akoestische gitaren, een keyboard en een saxofoon. Ze
vertelt me dat niet alle gitaren van haar zijn maar deels van haar vriend. Ze legt me uit dat
ze aan de afdeling jazz van het Conservatorium in Maastricht heeft gestudeerd. In eerste
instantie combineerde ze werken in de psychiatrie met muziek maken en muziekles geven.
Een paar jaar geleden heeft ze de stap gezet om zich helemaal op les geven te richten.
Ik hoef Joëlle niet te overtuigen. Ze was meteen enthousiast over Ware helden. Ze had de
website al bekeken en meteen besloten mee te doen. Niet omdat ze zichzelf een ware held
vindt, maar omdat ze het concept en het idee erachter leuk vindt. Ze vertelt dat ik
eigenlijk precies op het goede moment contact met haar heb gezocht. Met trots en
schaamte tegelijk vertelt ze dat er een leerling is die drie jaar heeft gewacht om van haar
les te kunnen krijgen. Ze heeft nog steeds een behoorlijke wachtlijst en is een
samenwerking aangegaan met twee andere docenten. Daardoor ontstaat er tijd om meer
leerlingen te bedienen. Extra aandacht en zichtbaarheid via Ware helden komt dus op het
Voor het eerst heb ik meteen na het kennismakingsgesprek het eerste fotomoment. Dat is
voor mij nieuw. Toch voelt het niet vreemd. Al tijdens het kennismakingsgesprek voel ik
me meteen bij haar op mijn gemak. Ze is goedlachs, open en ademt muziek. Ze geeft les
aan leerlingen van 3 tot 99 jaar. Ze geeft naast zangles, ook gitaarles en pianoles. Maar dat
laatste alleen in combinatie met zangles. Voor gitaarles en pianoles zonder zangles
Ik mag vier lessen van 20 minuten aanwezig zijn om foto’s te maken. Ze past haar les
deels aan aan de wensen van de kinderen. Haar interactie met de kinderen is fantastisch.
Ze geniet zichtbaar van het plezier dat ze de kinderen kan geven. Ze wil er ook zijn voor
mensen die eigenlijk geen zangles kunnen betalen. Ze heeft - vind ze - ook een
Binnenkort heb ik weer een fotomoment. Ze houdt een open dag en sluit diezelfde dag
het lesseizoen af met een voorspeelmiddag. Ik verheug me er nu al op.
bezig. Ik kon de leerling die nog les had op straat door het openstaande raam horen. Ik viel
meteen met mijn neus in de boter.
instrumenten; elektrische en akoestische gitaren, een keyboard en een saxofoon. Ze
vertelt me dat niet alle gitaren van haar zijn maar deels van haar vriend. Ze legt me uit dat
ze aan de afdeling jazz van het Conservatorium in Maastricht heeft gestudeerd. In eerste
instantie combineerde ze werken in de psychiatrie met muziek maken en muziekles geven.
Een paar jaar geleden heeft ze de stap gezet om zich helemaal op les geven te richten.
Nog maar zelden treedt ze op. Ze kan ervan leven.
website al bekeken en meteen besloten mee te doen. Niet omdat ze zichzelf een ware held
vindt, maar omdat ze het concept en het idee erachter leuk vindt. Ze vertelt dat ik
eigenlijk precies op het goede moment contact met haar heb gezocht. Met trots en
schaamte tegelijk vertelt ze dat er een leerling is die drie jaar heeft gewacht om van haar
les te kunnen krijgen. Ze heeft nog steeds een behoorlijke wachtlijst en is een
samenwerking aangegaan met twee andere docenten. Daardoor ontstaat er tijd om meer
leerlingen te bedienen. Extra aandacht en zichtbaarheid via Ware helden komt dus op het
juiste moment.
voor mij nieuw. Toch voelt het niet vreemd. Al tijdens het kennismakingsgesprek voel ik
me meteen bij haar op mijn gemak. Ze is goedlachs, open en ademt muziek. Ze geeft les
aan leerlingen van 3 tot 99 jaar. Ze geeft naast zangles, ook gitaarles en pianoles. Maar dat
laatste alleen in combinatie met zangles. Voor gitaarles en pianoles zonder zangles
verwijst ze door naar andere docenten.
deels aan aan de wensen van de kinderen. Haar interactie met de kinderen is fantastisch.
Ze geniet zichtbaar van het plezier dat ze de kinderen kan geven. Ze wil er ook zijn voor
mensen die eigenlijk geen zangles kunnen betalen. Ze heeft - vind ze - ook een
maatschappelijke opdracht. Dus toch een ware held.
het lesseizoen af met een voorspeelmiddag. Ik verheug me er nu al op.

Een tijdje geleden had ik een kennismakingsgesprek met Gregor Thissen. Toen ik hem ontmoette op
een markt voor streekproducten in Cadier en Keer maakte zijn hele verschijning indruk op
me. Hij bleek in Bunde te wonen, 800 meter bij me vandaan. Ik kon dus lopend naar mijn
Gregor is docent aan de Hotelschool in Maastricht. Toen hij in 2007 in zijn keuken startte
op zijn gasfornuis wilde hij het stroop-wiel zelf opnieuw uitvinden. Hij wilde het proces
van stroop stoken proefondervindelijk zelf ontdekken. Hij wou iets anders maken dan de
Rinse appelstroop die we allemaal wel kennen. Hij wilde stroop maken van één enkele
appelsoort. Zonder toevoegingen van peren, bieten of pectine. In 2007 kocht hij een
stookketel en bouwde een deel van zijn garage om tot stookplaats. Toen bleek dat er vraag
was naar zijn bijzondere stroop van schone van Boskoop en Jonagold bleek dat de schaal
waarop hij stookte groter moest worden om aan de vraag te kunnen voldoen. Het in eigen
Toen ik binnenkwam vertelde hij me meteen dat hij geen stroop meer thuis zelf stookt. Hij
stookt sinds 2016 bij een grote jongen in Schinnen. Het gesprek ging dus meteen over
ondernemerschap en of hij wel thuishoorde bij ware helden. We kwamen tot de conclusie
dat dit zeker het geval is. Gregor besteedt met succes zijn vrije tijd aan het vermarkten
van zijn verschillende stroopsoorten, het experimenteren met verwerking van zijn stroop
in bonbons en koekjes en is op zoek naar een strooplikeur die van de appelpulp gemaakt
kan worden. Toen we over dat laatste spraken zette hij meteen proefglaasjes en twee
uitprobeersels op tafel. De smaak was veelbelovend. Hij werkt hiervoor nauw samen met
andere ondernemers. Hij verkoopt zijn stroop aan particulieren en aan bedrijven. Hij heeft
Gregor zoekt naar een mooie balans tussen de hoeveelheid stroop die hij jaarlijks kan
maken en de vraag naar zijn producten. Hij praat met heel veel passie over waar hij mee
bezig is. Dat hij niet meer zelf stookt doet daar niets aan af. Hij heeft zijn accent verlegt
naar het aan de man brengen. Hij houdt zich nu voornamelijk bezig met de verpakking en
presentatie van zijn stroopsoorten en wil experimenteren met producten waar zijn unieke
stroop in verwerkt is. Een ware held dus.
een markt voor streekproducten in Cadier en Keer maakte zijn hele verschijning indruk op
me. Hij bleek in Bunde te wonen, 800 meter bij me vandaan. Ik kon dus lopend naar mijn
afspraak met hem.
op zijn gasfornuis wilde hij het stroop-wiel zelf opnieuw uitvinden. Hij wilde het proces
van stroop stoken proefondervindelijk zelf ontdekken. Hij wou iets anders maken dan de
Rinse appelstroop die we allemaal wel kennen. Hij wilde stroop maken van één enkele
appelsoort. Zonder toevoegingen van peren, bieten of pectine. In 2007 kocht hij een
stookketel en bouwde een deel van zijn garage om tot stookplaats. Toen bleek dat er vraag
was naar zijn bijzondere stroop van schone van Boskoop en Jonagold bleek dat de schaal
waarop hij stookte groter moest worden om aan de vraag te kunnen voldoen. Het in eigen
beheer stoken vergde te veel tijd.
stookt sinds 2016 bij een grote jongen in Schinnen. Het gesprek ging dus meteen over
ondernemerschap en of hij wel thuishoorde bij ware helden. We kwamen tot de conclusie
dat dit zeker het geval is. Gregor besteedt met succes zijn vrije tijd aan het vermarkten
van zijn verschillende stroopsoorten, het experimenteren met verwerking van zijn stroop
in bonbons en koekjes en is op zoek naar een strooplikeur die van de appelpulp gemaakt
kan worden. Toen we over dat laatste spraken zette hij meteen proefglaasjes en twee
uitprobeersels op tafel. De smaak was veelbelovend. Hij werkt hiervoor nauw samen met
andere ondernemers. Hij verkoopt zijn stroop aan particulieren en aan bedrijven. Hij heeft
een webshop en gaat deze met het vernieuwen van zijn website efficiënter maken.
maken en de vraag naar zijn producten. Hij praat met heel veel passie over waar hij mee
bezig is. Dat hij niet meer zelf stookt doet daar niets aan af. Hij heeft zijn accent verlegt
naar het aan de man brengen. Hij houdt zich nu voornamelijk bezig met de verpakking en
presentatie van zijn stroopsoorten en wil experimenteren met producten waar zijn unieke
stroop in verwerkt is. Een ware held dus.

In de biologische coöperatie Gedeelde Weelde in Maastricht staan bij een groot aantal streekproducten bordjes met gegevens van de producenten. Terwijl ik de winkel aan het bewonderen was, kwam ik bij de honing het bordje van imkerij Beelicious tegen. Ik dacht meteen: die moet ik binnen zien te halen. Toen ik thuis kwam, heb ik meteen de website bezocht. Indrukwekkend. Alleen de naam van de website al: www.beelicious.buzz. Alles is van het woordje “bij” voorzien: BIJzienswaardigheden, BIJzaken, BIJwerkingen, enz. Spitsvondig en weldoordacht. Koren op mijn molen.
En toen had ik mijn kennismakingsafspraak met Willem Schelberg. Toen ik mooi op tijd bij zijn huis in de prachtige Voerstreek kwam, bleek dat ik er op de verkeerde dag was. Hij was in Brabant. Helemaal mijn fout. Vergissen is menselijk toch ?
Toen ik de dag daarna terug ging, werd ik hartelijk ontvangen. Willem liet me meteen de ruimte zien waar hij zijn ambassadeurschap voor de bijen verkondigt aan iedereen die het wil horen. In de winter wordt die ruimte overigens gebruikt voor opslag van BIJzaken. Het einde van de winter is dus een drukke periode. In een korte periode moet er veel gebeuren. Toch ben ik welkom.
Aan de zelfgemaakte keukentafel van fantastische steigerplanken genieten we van een kopje thee. We doen allebei ons verhaal. Ik voel meteen een klik.
Willem is een boom van een kerel. Hij straalt rust uit. Hij vertelt met zichtbare passie over zijn ecologische opdracht. Natuurlijk moet er ook geld verdiend worden, maar het gaat ook om de “grotere” zaak: zorgen dat de bijenstand op peil blijft. Hij heeft bijenvolken tussen Luik en De Peel.
Een belangrijk deel van zijn inkomsten komt uit het plaatsen van zijn volken in fruitgaarden. Daarnaast produceert hij honing en geeft hij les en workshops. Bijzonder vond ik dat hij investeert in mensen die bang zijn voor bijen. Hij benadrukt daarbij dat een bij geen wesp is. Maar dat wisten we natuurlijk al. Hij voelt zich heel sterk ambassadeur en doet dat met volle overtuiging.
Als ik wegga, belooft hij me een soort planning te geven van momenten die het beste zijn verhaal als imker vertellen. Natuurlijk is het niet mogelijk het verhaal van bloem tot honing op één dag vast te leggen. Hij gaat dus een aantal momenten in de loop van het jaar prikken waarop ik bij hem mag zijn. Wow.
Aanstaande vrijdag ga ik naar hem toe voor het eerste fotomoment. Je kunt je niet voorstellen hoeveel zin ik daarin heb. Voor mij is hij nu al, zonder dat ik hem aan het werk heb gezien, een ware held.

Loes is een bezige bij. Naast haar parttime baan speelt ze in haar vrije tijd fagot, maakt ze sieraden en staat ze in twee boetieks. Ze noemt zichzelf liever creatieveling dan kunstenares. Want wat ze maakt vindt ze kunstig en creatief maar geen kunst.
Tijdens een workshop die ze gevolgd heeft, heeft ze ontdekt hoe leuk ze werken met glas vindt. Door zich te verdiepen in de literatuur over de eigenschappen van glas en door te proberen heeft ze met vallen en opstaan het vak geleerd. Ze is autodidact. Ze maakt oorbellen, colliers, ringen, hangers, armbanden e.d. van glas en zilver die ze verkoopt in Localz in Kerkrade en Manu Facta in Maastricht.
Ze heeft haar atelier op zolder. Een prachtige kleurrijke ruimte met natuurlijk licht en kunstlicht. Eigenlijk heeft ze er drie werkplekken: een om het glas te verhitten, te bewerken en te laten afkoelen (in een oven die in ongeveer 5 uur tijd haar glaskunst laat afkoelen van 550 graden tot zo’n 450 graden om goed te harden), een om haar creaties (nat) schoon te maken en een om de sieraden (schoon) te monteren en verpakken.
Haar onderneming heet Serafijn. Ze vertelde me dat ze op die naam is gekomen vanwege de mooie klank en de mystieke betekenis van het woord. Een serafijn is een van de engelen die het dichtst bij God staan. Het Hebreeuwse woord seraph betekent branden en als ze aan de slag gaat met het glas heet het ook “ ik ga kralen branden”. Kan je een mooier woord vinden voor een atelier ?
Haar werkplek met de brander, naast de betrekkelijk kleine oven, is ronduit indrukwekkend. Tussen de glasstaafjes die alle kleuren van de regenboog hebben, staat een gasbrander met een witblauw en gele vlam. Daar omheen staan drie steunen voor haar handen. Daarmee kan ze de kleine bewegingen die ze moet maken om haar glasvoorwerpen te maken, voorzichtig en heel precies maken. Voor de gasbrander hangt een afzuiging. Ze heeft een donkere bril op die voorkomt dat ze verblind raakt door het voortdurend in de hete vlam kijken.
Als ze begint verschijnt er uit het niets langzaam een ronde vorm, een kraal. Door steeds het puntje van een glasstaafje vloeibaar te maken, aan een hittebestendig staafje te hechten en in de vlam rond te draaien ontstaan prachtige ronde vormen vaak in verschillende kleurencombinaties. Dit is echt vakmanschap.
Met een speciale (water)boor maakt ze de binnenkant van de kralen schoon. De creaties zijn wondermooi. Die verdienen een mooie verpakking en een heel mooi etiket, dat ze zelf heeft ontworpen.
De fotoserie is nog niet helemaal af. Gelukkig. Want dat betekent dat ik tenminste nog een keer bij haar proces van creëren aanwezig mag zijn. #zinin
Tijdens een workshop die ze gevolgd heeft, heeft ze ontdekt hoe leuk ze werken met glas vindt. Door zich te verdiepen in de literatuur over de eigenschappen van glas en door te proberen heeft ze met vallen en opstaan het vak geleerd. Ze is autodidact. Ze maakt oorbellen, colliers, ringen, hangers, armbanden e.d. van glas en zilver die ze verkoopt in Localz in Kerkrade en Manu Facta in Maastricht.
Ze heeft haar atelier op zolder. Een prachtige kleurrijke ruimte met natuurlijk licht en kunstlicht. Eigenlijk heeft ze er drie werkplekken: een om het glas te verhitten, te bewerken en te laten afkoelen (in een oven die in ongeveer 5 uur tijd haar glaskunst laat afkoelen van 550 graden tot zo’n 450 graden om goed te harden), een om haar creaties (nat) schoon te maken en een om de sieraden (schoon) te monteren en verpakken.
Haar onderneming heet Serafijn. Ze vertelde me dat ze op die naam is gekomen vanwege de mooie klank en de mystieke betekenis van het woord. Een serafijn is een van de engelen die het dichtst bij God staan. Het Hebreeuwse woord seraph betekent branden en als ze aan de slag gaat met het glas heet het ook “ ik ga kralen branden”. Kan je een mooier woord vinden voor een atelier ?
Haar werkplek met de brander, naast de betrekkelijk kleine oven, is ronduit indrukwekkend. Tussen de glasstaafjes die alle kleuren van de regenboog hebben, staat een gasbrander met een witblauw en gele vlam. Daar omheen staan drie steunen voor haar handen. Daarmee kan ze de kleine bewegingen die ze moet maken om haar glasvoorwerpen te maken, voorzichtig en heel precies maken. Voor de gasbrander hangt een afzuiging. Ze heeft een donkere bril op die voorkomt dat ze verblind raakt door het voortdurend in de hete vlam kijken.
Als ze begint verschijnt er uit het niets langzaam een ronde vorm, een kraal. Door steeds het puntje van een glasstaafje vloeibaar te maken, aan een hittebestendig staafje te hechten en in de vlam rond te draaien ontstaan prachtige ronde vormen vaak in verschillende kleurencombinaties. Dit is echt vakmanschap.
Met een speciale (water)boor maakt ze de binnenkant van de kralen schoon. De creaties zijn wondermooi. Die verdienen een mooie verpakking en een heel mooi etiket, dat ze zelf heeft ontworpen.
De fotoserie is nog niet helemaal af. Gelukkig. Want dat betekent dat ik tenminste nog een keer bij haar proces van creëren aanwezig mag zijn. #zinin

Paul Mills ken ik al heel lang. Hij heeft in ons huis het buiten- en binnenschilderwerk gedaan. Vanaf het moment dat ik daar zelf geen tijd meer voor had. Hij levert goed werk en is bijzonder aangenaam gezelschap.
Hij is van Britse kom af. Daar is hij trots op. Hij praat Nederlands met een Engels accent. In 1996 is hij zijn eigen schildersbedrijf begonnen. Hij heeft veel vaste klanten en krijgt ook regelmatig nieuwe. Met name via mond-op-mond reclame. Als je goed werk levert, zijn je klanten je beste ambassadeurs.
Toen ik Paul vroeg om bij ons het buitenschilderwerk te doen, vroeg ik hem of ik hem mocht fotograferen. In eerste instantie zei hij nee. Hij wil niet graag op de foto en al helemaal niet voor Facebook. Ik heb hem uitgelegd dat ik ware helden ging starten en wat de bedoeling was. Schoorvoetend stemde hij in.
Telkens als hij me met mijn camera zag, vroeg hij of ik nog niet klaar was. Of ik er nog niet genoeg had. Ik heb hem uitgelegd dat ik van het schuren, het gronden, het bijwerken en het aflakken graag foto’s wilde hebben. Alle verschillende stappen in het proces. Tijdens de koffiepauzes, als we zaten te kletsen, bood hij aan om me te helpen met het opstarten. “Als je vragen hebt of hulp nodig hebt, roep maar. Ondernemers helpen elkaar.” Tot nu toe heb ik zijn hulp nog niet nodig gehad, maar als dat wel het geval is zal ik er zeker gebruik van maken.
Toen hij de eerste kleurenfoto’s zag werd hij blij. Hij zei meteen dat hij ze ging gebruiken om zijn website te vernieuwen. Toen ik hem de zwart/wit foto’s liet zien, vond hij die eigenlijk nog mooier.
Het project is nu afgerond. Toen ik hem laatst tegenkwam in de supermarkt, vroeg hij me wanneer het boek uit komt. Ik heb hem verteld dat het pas eind 2020 uit zal komen en dat hij het vanzelfsprekend krijgt. “Niks krijgen. Kopen. Je bent nu ondernemer.” Ik neem dit gratis advies ter harte.
Hij is van Britse kom af. Daar is hij trots op. Hij praat Nederlands met een Engels accent. In 1996 is hij zijn eigen schildersbedrijf begonnen. Hij heeft veel vaste klanten en krijgt ook regelmatig nieuwe. Met name via mond-op-mond reclame. Als je goed werk levert, zijn je klanten je beste ambassadeurs.
Toen ik Paul vroeg om bij ons het buitenschilderwerk te doen, vroeg ik hem of ik hem mocht fotograferen. In eerste instantie zei hij nee. Hij wil niet graag op de foto en al helemaal niet voor Facebook. Ik heb hem uitgelegd dat ik ware helden ging starten en wat de bedoeling was. Schoorvoetend stemde hij in.
Telkens als hij me met mijn camera zag, vroeg hij of ik nog niet klaar was. Of ik er nog niet genoeg had. Ik heb hem uitgelegd dat ik van het schuren, het gronden, het bijwerken en het aflakken graag foto’s wilde hebben. Alle verschillende stappen in het proces. Tijdens de koffiepauzes, als we zaten te kletsen, bood hij aan om me te helpen met het opstarten. “Als je vragen hebt of hulp nodig hebt, roep maar. Ondernemers helpen elkaar.” Tot nu toe heb ik zijn hulp nog niet nodig gehad, maar als dat wel het geval is zal ik er zeker gebruik van maken.
Toen hij de eerste kleurenfoto’s zag werd hij blij. Hij zei meteen dat hij ze ging gebruiken om zijn website te vernieuwen. Toen ik hem de zwart/wit foto’s liet zien, vond hij die eigenlijk nog mooier.
Het project is nu afgerond. Toen ik hem laatst tegenkwam in de supermarkt, vroeg hij me wanneer het boek uit komt. Ik heb hem verteld dat het pas eind 2020 uit zal komen en dat hij het vanzelfsprekend krijgt. “Niks krijgen. Kopen. Je bent nu ondernemer.” Ik neem dit gratis advies ter harte.

Theo is European tree worker. Hij onderneemt al verscheidene jaren. Hij doet dit werk naast zijn parttime baan als sociaal psychiatrisch verpleegkundige. Via zijn werk op een zorgboerderij kwam hij een aantal jaren geleden in aanraking met werkzaamheden in de groenvoorziening. Hij vroeg aan zijn manager of hij een cursus kettingzagen mocht volgen. En zo is zijn passie voor snoeien en rooien ontstaan en gegroeid.
Ik ken Theo van OBS de Bundeling waar hun en onze kinderen op school zaten. Dat is nu ruim 25 jaar geleden. Hij heeft altijd al een fascinatie gehad voor de natuur in algemene zin en voor vogels in het bijzonder. Ik kan me nog herinneren dat we een groot aantal jaren geleden samen in Echt zijn gaan kijken en luisteren naar de vrij zeldzame groene boomkikker. Fascinerend was dat. Maar ook zijn regelmatige bezoeken aan de Enci-groeve om de oehoe te spotten. Zijn vaak korte vakanties staan altijd in het teken van de natuur. Erop uit. Bijvoorbeeld het noorderlicht zien of op safari in hartje Afrika. Maar ook kamperen op een boerderijcamping of uitwaaien op Terschelling. Theo geniet het leven.
Toen ik tijdens de eerste fotosessie mee mocht, heeft hij een boom van ongeveer 8 meter hoog in een voortuin helemaal teruggesnoeid. Tijdens de autorit ernaar toe heb ik hem op film een aantal vragen gesteld. “De passie van Theo” is te zien op het videokanaal van ware helden op Vimeo. Tijdens de tweede fotosessie heeft hij een den van 20 meter geveld. Hij dwingt bewondering af als hij zijn met zijn kettingzaag verzekerd aan veiligheidslijnen de boom in klimt en van beneden naar boven toe werkt. Als alleen de stam nog over is werkt hij deze met uiterste precisie naar beneden. Na ongeveer twee uur ligt het gevaarte in stukken van ongeveer een meter in de tuin van zijn klant. Indrukwekkend. De klant is dolblij dat het gevaarte weg is. Dat geeft veel meer licht op zijn binnenplaats. Dat hele proces levert bij mooi weer mooie plaatjes op. Ik verheug me al op een volgende keer.
Theo is een bezig baasje. Altijd bezig. Maar op zijn tijd is er ook tijd voor ontspanning. Met een lekkere whiskey op de bank of de schommelstoel. Via Theo ben ik bij Mwòrveld Distillery terecht gekomen. Daarover en over Limburgse whiskey in een ander persoonlijk verhaal meer.
Ik ken Theo van OBS de Bundeling waar hun en onze kinderen op school zaten. Dat is nu ruim 25 jaar geleden. Hij heeft altijd al een fascinatie gehad voor de natuur in algemene zin en voor vogels in het bijzonder. Ik kan me nog herinneren dat we een groot aantal jaren geleden samen in Echt zijn gaan kijken en luisteren naar de vrij zeldzame groene boomkikker. Fascinerend was dat. Maar ook zijn regelmatige bezoeken aan de Enci-groeve om de oehoe te spotten. Zijn vaak korte vakanties staan altijd in het teken van de natuur. Erop uit. Bijvoorbeeld het noorderlicht zien of op safari in hartje Afrika. Maar ook kamperen op een boerderijcamping of uitwaaien op Terschelling. Theo geniet het leven.
Toen ik tijdens de eerste fotosessie mee mocht, heeft hij een boom van ongeveer 8 meter hoog in een voortuin helemaal teruggesnoeid. Tijdens de autorit ernaar toe heb ik hem op film een aantal vragen gesteld. “De passie van Theo” is te zien op het videokanaal van ware helden op Vimeo. Tijdens de tweede fotosessie heeft hij een den van 20 meter geveld. Hij dwingt bewondering af als hij zijn met zijn kettingzaag verzekerd aan veiligheidslijnen de boom in klimt en van beneden naar boven toe werkt. Als alleen de stam nog over is werkt hij deze met uiterste precisie naar beneden. Na ongeveer twee uur ligt het gevaarte in stukken van ongeveer een meter in de tuin van zijn klant. Indrukwekkend. De klant is dolblij dat het gevaarte weg is. Dat geeft veel meer licht op zijn binnenplaats. Dat hele proces levert bij mooi weer mooie plaatjes op. Ik verheug me al op een volgende keer.
Theo is een bezig baasje. Altijd bezig. Maar op zijn tijd is er ook tijd voor ontspanning. Met een lekkere whiskey op de bank of de schommelstoel. Via Theo ben ik bij Mwòrveld Distillery terecht gekomen. Daarover en over Limburgse whiskey in een ander persoonlijk verhaal meer.